Actueel

Sociale omgeving beïnvloedt eenzaamheid jongere

wo 11 jun 2014

Eenzame jongeren ervaren meer eenzaamheid op school en met klasgenoten en minder eenzaamheid thuis, met vrienden en familie. Dat blijkt uit onderzoek van Eeske van Roekel, waarop zij op 16 mei promoveerde aan de Radboud Universiteit.

Eeske van Roekel onderzocht hoe eenzame jongeren hun dagelijks leven ervaren, in het bijzonder hoe en wanneer eenzaamheid wordt ervaren. Daarnaast onderzocht ze welke genetische en omgevingsfactoren mogelijk een rol spelen in de ontwikkeling van eenzaamheid.

Ze stelde vast dat jongeren het meest eenzaam zijn als ze alleen zijn, maar wanneer ze in gezelschap zijn ervaren ze de hoogste eenzaamheid op school en met klasgenoten en de laagste eenzaamheid thuis, met familie en vrienden. Daarnaast reageren hoogeenzame jongeren anders op sociale contexten dan laageenzame jongeren. Hoogeenzame jongeren reageren sterk negatief op negatief gezelschap, maar ook sterk positief op positief gezelschap. De genetische studies in dit proefschrift leveren deels bewijs voor een aantal genen die – in combinatie met omgevingsfactoren als sociale steun – mogelijk gerelateerd zijn aan gevoelens van eenzaamheid. Replicatie van deze bevindingen wordt aanbevolen.

Bronnen: Radboud Universiteit Nijmegen en Nederlands Jeugdinstituut